Fosfaatreductieplan; nieuwe uitspraak

Op 12 april hebben zes kort gedingen plaatsgevonden in Den Haag over de Regeling fosfaatreductieplan. De voorzieningenrechter heeft op 4 mei zes uitspraken gedaan. Die kan ook gevolgen voor u hebben. Met name als u een grondgebonden melkveebedrijf of een biologisch melkveebedrijf heeft. 

Hebt u een grondgebonden of een biologisch melkvee bedrijf?
Dan kan het zijn dat ‘de Regeling’ wordt aangepast voor uw soort bedrijf. Staatssecretaris van Dam bespreekt dit met de Tweede Kamer. Dat de regeling wordt aangepast staat dus nog niet vast.

Scenario 1: De Regeling wordt aangepast
Als de Regeling wordt aangepast aan de hand van de uitspraak verwachten wij dat de Regeling buiten werking wordt gesteld voor alle (grondgebonden) melkveebedrijven die vóór 2 juli 2015 onomkeerbare investeringen hebben gedaan en voor de biologische boeren.

Scenario 2: De Regeling wordt niet aangepast
1. (Grondgebonden) Melkveebedrijven die onomkeerbare investeringen hebben gedaan vóór 2 juli 2015 en biologische melkveebedrijven kunnen de staatssecretaris aanschrijven met een beroep op de kortgedinguitspraak om de Regeling buiten werking te stellen of u kunt
2. een procedure starten wanneer u de melkgeldafrekening ontvangt en u het hier niet mee eens bent.
Misschien gaat Univé Rechtshulp deze twee mogelijkheden tegelijk inzetten. Dit hangt af van het besluit van de staatssecretaris.

Om u goed te kunnen helpen hebben wij de volgende informatie van u nodig:

• Gegevens waaruit blijkt dat u een grondgebonden of biologisch bedrijf heeft;
• Financiële stukken over onomkeerbare verplichtingen die u bent aangegaan vóór 2 juli 2015;
• Vergunningen die aan u zijn verleend vóór 2 juli 2015;
• Andere gegevens die te maken hebben met de onomkeerbare investeringsverplichtingen die u bent aangegaan vóór 2 juli 2015;
• Uw melkgeldafrekening en de toelichting op uw melkgeldafrekening;
• Besluit van RvO als uw bedrijf is aangesloten bij een melkfabriek die niet is aangesloten bij ZuivelNL.

Al een dossier bij ons?
U kunt uw informatie digitaal toevoegen aan uw dossier. Klik hier. U kunt de stukken natuurlijk ook per e-mail of per post versturen.
Nog geen dossier bij ons?
Stuur een e-mail met uw informatie naar RHFFR2017@unive.nl of bel met het Klant Contact Centrum op telefoonnummer 0592-382501.

Hebt u geen grondgebonden of biologisch bedrijf?
De uitspraken van 4 mei gelden dan niet voor u. De oorspronkelijke Regeling blijft ‘gewoon’ op uw bedrijf van toepassing.
Natuurlijk heeft u dan ook de mogelijkheid om tegen uw melkgeldafrekening bezwaar in te dienen. Bijvoorbeeld als uw verzoek om als knelgeval te worden aangemerkt is afgewezen of als er verkeerde referentiegegevens in uw beschikking staan.

Om u goed te kunnen bijstaan hebben we de volgende informatie van u nodig:

• Uw melkgeldafrekening en de toelichting op de melkgeldafrekening;
• Bewijs waaruit blijkt dat u een knelgeval bent;
• Besluit van RvO als wanneer uw bedrijf is aangesloten bij een melkfabriek welke niet is aangesloten bij ZuivelNL;
• Andere relevante gegevens.

Al een dossier bij ons?
U kunt uw informatie digitaal toevoegen aan uw dossier. Klik hier. U kunt de stukken natuurlijk ook per e-mail of per post versturen.

Nog geen dossier bij ons?
Stuur een e-mail met uw informatie naar RHFFR2017@unive.nl of bel met het Klant Contact Centrum op telefoonnummer 0592-382501.

Wilt u meer weten over de uitspraak?

Welke uitspraak is gedaan?
Op 12 april 2017 hebben zes kort gedingen plaatsgevonden in Den Haag over de Regeling fosfaatreductieplan 2017 (verder aangeduid als de Regeling). De voorzieningenrechter heeft op 4 mei 2017 zes uitspraken gedaan.

Waar ging het kort geding over?
Op 1 maart 2017 is de Regeling in werking getreden. Het doel van de Regeling is dat melkveehouders het aantal vrouwelijke runderen op hun bedrijf verminderen tot het peil van 2 juli 2015. Slagen de melkveehouders daar niet in, dan moeten zij een geldsom betalen. Het kan gaan om zeer forse bedragen. Verschillende advocatenkantoren hebben twee speerpunten aangevoerd, namelijk de onrechtmatigheid en de onevenredigheid van de Regeling. Bij onrechtmatigheid kunt u denken aan een inbreuk op het eigendomsrecht. Bij onevenredigheid kunt u denken aan onomkeerbare financiële verplichtingen die u niet meer kunt nakomen.

Wat vindt de voorzieningenrechter van de Regeling?
Onrechtmatigheid
De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de Landbouwwet een voldoende wettelijke grondslag biedt voor de Regeling. Ook vindt de voorzieningenrechter dat geen sprake is van ongeoorloofde staatssteun en geen sprake is van inbreuk op het eigendomsrecht. Kortom, de Staat heeft deze Regeling rechtmatig kunnen nemen vanwege het algemene belang van behoud van derogatie.
Onevenredigheid
De voorzieningenrechter vindt dat de Regeling disproportioneel is voor twee specifieke groepen melkveebedrijven. Het gaat in de eerste plaats om de melkveebedrijven die grondgebonden zijn én vóór 2 juli 2015 onomkeerbare financiële verplichtingen zijn aangegaan. Het moet dan gaan om investeringen in het kader van de Wet verantwoorde groei melkveebedrijven en de AMvB Grondgebonden groei melkveehouderij.

Daarnaast vindt de voorzieningenrechter dat de Regeling extra nadelige gevolgen heeft voor de biologische boeren. Dit komt omdat biologische boeren wel onder de normen van de Nitraatrichtlijn vallen zonder dat zij de derogatie daarvoor nodig hebben. Met andere woorden dragen de biologische boeren niet bij aan de overschrijding van het fosfaatplafond.

Wat is het gevolg van de uitspraak?
Voor nu geldt de uitspraak alleen voor de melkveebedrijven die zich als eisers partij hebben gesteld in het kort geding. Dit betekent op dit moment niet dat de uitspraak voor alle melkveebedrijven geldt. De vraag is of de Regeling wordt aangepast. Staatssecretaris van Dam zal zich hierover beraden en de Tweede Kamer informeren. 

Wat betekent dit voor u?
Wanneer de Regeling wordt aangepast aan de hand van de uitspraak verwachten wij dat de Regeling buiten werking wordt gesteld voor alle (grondgebonden) melkveebedrijven die vóór 2 juli 2015 onomkeerbare investeringen hebben gedaan en voor de biologische boeren.

Wanneer de Regeling niet wordt aangepast zijn er twee mogelijkheden:

• Melkveebedrijven die in gelijke omstandigheden verkeren kunnen de staatssecretaris aanschrijven met een beroep op de kortgedinguitspraak om de Regeling voor u buiten werking te stellen;
• Een procedure starten wanneer u de melkgeldafrekening ontvangt en u bent het hier niet mee eens.

Het kan zijn dat we deze twee mogelijkheden tegelijk gaan inzetten, afhankelijk van het besluit van de staatssecretaris hierover.